Eén app voor heel KU Leuven? Niet simpel

Op kuleuven.app staan heel wat belangrijke tools voor studenten verzameld, die doorheen het kluwen van KU Leuven-websites en -toepassingen anders moeilijk te vinden zijn. De inhoud is ook aangepast aan de verschillende campussen, wat een andere troef is, vertelt vicerector Educatieve technologie Piet Desmet. 'Met deze app bevinden we ons bovendien in goed gezelschap, want heel wat buitenlandse universiteiten hebben een gelijkaardige web app.'

Ook op m.harvard.edu of m.stanford.edu vind je dergelijke webapps. Maar de web app heeft ook zijn beperkingen, ze werkt immers enkel online. 'De KU Leuven-web app heeft zeker een meerwaarde voor nieuwe en internationale studenten,' zegt Mathieu Seutin, ICTS-mandataris bij Stura, 'maar een volwaardige smartphone-app zou een nog grotere meerwaarde kunnen bieden.'

Op zo’n app zou je offline je rooster of examenlokalen kunnen vinden, samen met alle toepassingen van Toledo. Maar dat klinkt eenvoudiger dan het is. Desmet: 'KU Loket, Toledo en de e-mailservice draaien alle drie op volledig andere systemen: zo’n app wordt heel complex. Bovendien zou je niet zomaar één app moeten ontwikkelen, maar voor elk platform een. En vanaf je hem ontwikkeld hebt, komt er nog de onderhoudskost van al die apps.'

Prioriteiten

De app zou al minstens voor Apple en Android moeten worden gelanceerd en eventueel ook voor Windows. En dan moet je voor elk platform zowel een smartphone- als een tablet-versie ontwikkelen. Mathieu Seutin erkent de hoge kost: 'Daarom komt dit thema aan bod op de Algemene Vergadering van Stura: zo kunnen we zien waar de prioriteiten van de student liggen.'

De huidige andere prioriteiten van ICTS liggen op dit moment vooral in het uitbouwen en onderhouden van de huidige (al behoorlijk ingewikkelde) systemen zoals Toledo en KU Leuven. Maar ook security en videoconferencing zijn belangrijke thema’s voor ICTS, vertelt vicerector Desmet. 'Wat we in zo’n nieuwe app zouden steken, kan dan niet naar een ander project gaan. Maar uiteindelijk zijn het de studenten die mee beslissen wat het belangrijkste is voor hen.'

Quivr en Blackboard

Als de vraag er is naar een native app, zal Desmet dat onderzoeken, zegt hij. Intussen kan je ook op Quivr voor heel wat zaken terecht, ook offline. Seutin: 'Het probleem met Quivr is dat de roosters soms niet up-to-date zijn, wat heel lastig is bij wispelturige lessen of practica. Het resultaat is dat je uiteindelijk vaak toch nog je browser moet openen om zeker te zijn.' Daarnaast is de app niet van KU Leuven, maar een toepassing die door een groep geëngageerde studenten wordt gerund.

Bij Quivr spreken ze echter tegen dat de app niet altijd up-to-date zou zijn: 'Quivr werkt met een refresh time van 10 minuten', zeggen ze daar. 'Telkens de app je lessenrooster opvraagt, gaat dit naar KU Loket. Zolang je internetverbinding hebt zal Quivr na maximaal 10 minuten terug up-to-date zijn met KU Loket.'

Er is ten slotte nog een andere app, gelanceerd door de makers van het 'geraamte' van Toledo, Blackboard. Enkel de Toledo-startpagina is ontwikkeld door KU Leuven. Van zodra je doorklikt zit je op de systemen van Blackboard. Het gevolg is dan ook dat de app van Blackboard je niets weet te vertellen over je uurrooster, IER, ISP of e-mail.

'Blackboard is net zoals veel andere ICT-oplossingen eigenlijk nog niet zo bekend onder studenten. Zo weten velen niet dat het – weliswaar met wat moeite – mogelijk is om je kalender en studentenmail te linken aan Google', vertelt Seutin. 'Dus misschien is de eerste stap wel om die alternatieven bekender te maken.'