reportage> Lokaal draagt steentje bij, federaal wacht rustig af

Leuvense daklozen allerminst corona-proof

De coronacrisis maakt dakloze mensen kwetsbaarder. Het openbaar leven is stilgezet en bijgevolg 'komt hun zelfredzaamheid in het gedrang', aldus Simon Mertens, straathoekwerker van CAW Oost-Brabant.

Of het nu zichtbaar is of niet, elke stad kampt met de dakloosheidproblematiek. Leuven is geen uitzondering. Zo kaart Anna Raymaeckers de 'onzichtbaarheid' aan in haar thesis Sociaal Werk. Het aantal Leuvense dak- en thuisloze mensen is moeilijk te vatten in statistische cijfers. De schattingen die er wel zijn, komen meestal lager uit dan het reële cijfer, schat Raymaekers: 'Zo zijn er bijvoorbeeld heel wat verdoken "sofa-slapers", die bij vrienden en familie tijdelijk mogen verblijven. Dakloze mensen vallen voornamelijk op in grootsteden, omdat dienstverlening zich daar concentreert.'

In deze coronacrisis bevinden zij zich in een extra kwetsbare positie. Emmy Deschuttere, woordvoerster van Dokters Van De Wereld, reageert hierop: 'Daklozen kunnen mainstream richtlijnen van de overheid simpelweg niet opvolgen. Mensen zonder dak boven hun hoofd, kunnen technisch gezien ook niet in hun kot blijven. Bijgevolg hebben ze nauwelijks tot geen toegang tot hygiënische voorzieningen, nu het openbaar leven zich opsluit.'

Afstandelijk, sociaal afhankelijk

Hoewel de meeste steden opvangcentra voorzien, wijst Deschuttere op de moeilijkheid om binnen die vier muren van elkaar afstand te houden. Tot voor kort was er weinig afzonderlijke opvangcapaciteit voor vermoedelijke COVID-19-patiënten. Dankzij humanitaire organisaties is er inmiddels meer plaats vrijgemaakt.

Ook benoemt ze de medische kwetsbaarheid: 'Dakloze mensen behoren in het algemeen meer dan de gemiddelde Belg tot risicogroepen. Aandoeningen waarmee zij veelal kampen, zoals onder andere diabetes en een lage bloeddruk, maken hen des te kwetsbaarder voor eventuele besmettingen.'

'Onlangs moest een dakloze man op de hoogte gebracht worden van de coronamaatregelen'

Simon Mertens, straathoekwerker voor het CAW-Leuven

Toch bevestigt Raymaekers en Deschuttere dat er tot nu toe onder dakloze mensen geen coronabesmettingen zijn vastgesteld in de Vlaamse grootsteden. Het gaat dan om Antwerpen, Brussel en Leuven. In de huidige piek zullen besmettingen niet uitblijven.

'Om dezelfde reden die de zorgverlening bemoeilijkt, moet ze nu voortgezet worden. Veel daklozen zijn afhankelijk van straathoekwerkers voor correcte informatie, weerleggingen van fake news en het duiden van de maatregelen. Zo moest recent een dakloze man, na een aantal nachten in het bos geslapen te hebben, op de hoogte gebracht worden van de coronamaatregelen', aldus Mertens.

Opvang gegarandeerd

Al jaren kunnen dakloze mensen in Leuven gebruik maken van de winteropvang, een huis waar twaalf gasten iedere avond kunnen inchecken. Het CAW vult de concrete opvang in, terwijl de Stad Leuven de nodige logistieke ondersteuning voorziet. Zoals de naam al aangeeft loopt dit initiatief doorgaans enkel in de koudste maanden, van half november tot eind maart.

Schepen voor Wonen, Lies Corneillie, weet ons te verzekeren dat in het kader van de coronacrisis 'de opvang alvast minstens tot en met de paasvakantie verlengd wordt.’ De precieze invulling daarvan wordt overgelaten aan het CAW, dat als orgaan in de praktijk een grote autonomie krijgt in de uitvoering van het beleid.

Jeroen De Wilde, teamleider van de winteropvang bij CAW Oost-Brabant, bevestigt dan ook dat corona een vlotte werking compliceert: 'Normaal vindt de opvang plaats in een rijtjeshuis, waar de gasten verdeeld worden over drie slaapkamers. Om de social distancing beter te handhaven zijn we nu dankzij de Stad Leuven kunnen verhuizen naar een jeugdherberg.' Hoewel bijna iedereen een individuele kamer met eigen sanitair heeft, vormt ook daar de nodige afstand bewaren een uitdaging - iets waar Deschuttere reeds op wees.

Straatleven verstilt

Aangezien de winteropvang enkel de nacht behelst, dienen dakloze mensen overdag elders te verblijven. De Wilde: 'Vele basiswerkingen schrapten hun ontmoetingsmomenten. Vanuit ons CAW houden we het inloopcentrum de Meander zoveel als mogelijk open ook op zondag, maar de nood is bij vele dakloze mensen groter dan wat wij kunnen bieden.' Op vraag van de gasten wordt er naar een alternatief gezocht.

'Aangezien er niets te doen is, is het sociaal contact het enige wat een dakloze rest.'

Simon Mertens, straathoekwerker voor het CAW-Leuven

Als straathoekwerker van het CAW heeft Simon Mertens een goed zicht op het straatleven. Hij bemerkt hoe moeilijk het is voor velen om zich aan het samenscholingsverbod te houden. 'Sommige dakloze mensen worden in kleine studio’s opgevangen door vrienden met een woonst, die vaak zelf ex-dakloos zijn. Het zo dicht op elkaar zitten maakt dat ze zich overdag wel moeten vertonen. Dan komen ze elkaar tegen op straat en blijven ze wat hangen. Aangezien er niets te doen is, is het sociaal contact het enige wat hun rest.'

Ieder individu reageert anders op de crisismaatregelen. Simon vertelt hoe sommigen extreem ver gaan in het houden van afstand, terwijl anderen sceptisch blijven of de crisis overschaduwd zien door hun psychische problemen en verslavingen.

Er weerklinkt zelfs een positieve stem. 'Een man die zich meestal wat afzijdig houdt van de andere gasten is tevreden over de maatregelen. Hij slaapt in het openbaar, een beetje verscholen. Zijn slaapplek is veel rustiger, nu er weinig verkeer en passanten zijn om hem uit zijn slaap te houden of te halen.'

Lokaal sensibel, federaal incompatibel

Een vaak voorkomende verzuchting is dat regering noch samenleving echt rekening houdt met kwetsbare groepen bij het voorschrijven van maatregelen. Deschuttere verwijst naar de gesloten asielcentra.

'Mensen die op zoek zijn naar een vluchtelingenstatuut komen voor een deur te staan waar plots een post-it ophangt: “Gesloten”. Zo komen zij bij andere humanitaire hulpcentra terecht, die eigenlijk bedoeld zijn voor dakloze mensen. In de huidige situatie zou zoiets niet mogen gebeuren.'

Simon haalt het voorbeeld aan van een dakloze vrouw met psychische problemen die geen bankkaart heeft en nu niet meer cash mag betalen. 'Een afspraak krijgen bij de bank is écht moeilijk geworden. Er zijn lange wachttijden aan de telefoon (als de betrokkene al een telefoon én belwaarde heeft), en je wordt van het kastje naar de muur gestuurd. Waar daklozen vroeger op eigen houtje gewoon in hun vertrouwde bank aan het loket hun probleem konden oplossen, is dat nu plots een groot obstakel geworden.'

'Met de COVID-19-urgentie worden dingen opeens mogelijk, doordat er geld voor vrijgemaakt wordt'

Emmy Deschuttere, woordvoerster van Dokters Van De Wereld

Bij de Leuvense politie lijkt er juist wel begrip te zijn voor hun precaire situatie. De Wilde meldt weliswaar dat agenten sommige dakloze mensen meerdere keren per dag aanspreken, maar vooralsnog geen boetes uitschrijven. Volgens Simon komt dit door de omvang van Leuven: in deze kleine studentenstad weet de politie vrij goed wie dakloos is. In de mate van het mogelijke houdt ze daar ook rekening mee. De Leuvense agenten proberen zo de daklozen voor de maatregelen te sensibiliseren.* De Wilde voegt toe dat dat een plek waar dakloze mensen overdag naartoe kunnen essentieel is en agenten hen zodoende ook daarnaartoe kunnen verwijzen.

Door de mazen van het net

In Antwerpen en Brussel ziet Deschuttere goede initiatieven ontstaan vanuit lokale overheden. Al geeft dat ook een dubbel gevoel. 'Met de COVID-urgentie worden dingen mogelijk, doordat er nu geld voor vrijgemaakt wordt. Maar eigenlijk zien we doorheen heel het jaar ernstig zieke daklozen op straat verblijven.' Over de federale aanpak is ze kritischer. 'Vooral de kwetsbare mensen in ons land glippen door de mazen van het net. Een meer gecoördineerde aanpak is nodig.'

Ook De Wilde en Mertens vinden dat Stad Leuven de situatie voldoende ernstig neemt en aandacht geeft. Het CAW is nog steeds bereikbaar, maar door de maatregelen tegen het Coronavirus is dat vooral digitaal en telefonisch. Daarom blijft Mertens zich alvast dagelijks inzetten als straathoekwerker. 'Het is belangrijk dat we deze mensen blijven opzoeken, om te zien wat ze nodig hebben en crisissen op te lossen. Nu zijn ze nog kwetsbaarder dan voordien. Hun leven speelt zich grotendeels af in het openbaar, en dat openbare leven is compleet veranderd, wat hier en daar hun zelfredzaamheid in het gedrang brengt. Ook broodnodige informatie stroomt nu moeilijker door, en die informatie verandert dan nog eens danig snel.'


(*: Zowel De Wilde als Mertens melden dat er inmiddels wel dakloze mensen in Leuven zijn die een proces-verbaal hebben gekregen met het oog op boetes.)

Powered by Labrador CMS