artikel> Bijles tegen betaling om toch maar dat diploma te kunnen behalen

Steeds meer studenten bij repetitorkantoren

De overgang van het secundair naar het hoger onderwijs is voor veel studenten een moeilijke oefening. Steeds meer studenten kloppen aan bij een repetitorkantoor.

Gepubliceerd

Elke faculteit heeft een studiebegeleidingsdienst waar je als student terechtkan met je problemen. Daarnaast zijn er monitoraten om de leerstof te herhalen. Sommige richtingen hebben ook en eigen PAL-dienst (Peer assisted learning) waar studenten gratis bijles geven aan andere studenten.

Toch blijken repetitorkantoren steeds populairder.

Youri Vanlommel is algemeen directeur bij Studant, een repetitorkantoor dat actief is in Leuven, Antwerpen, Gent en Mechelen. Hij ziet een opvallende toename van het aantal studenten dat bijles wil. “Ik merk door de jaren heen wel dat de vraag naar bijles voor studenten enorm gestegen is en blijft stijgen.”

Ook Elise Geens, voorzitter van Sagio, ziet haar klantenbestand toenemen. “Sagio bestaat nu vijf jaar en we zien dat we nog steeds blijven groeien. Dat is wel mooi.”

Medaxis is een Antwerps kantoor gespecialiseerd in wiskunde en ziet ook steeds meer studenten die vragen om bijles. “Wij merken dat de hoeveelheid studenten die naar ons komt opvallend is toegenomen,” vertelt Joris De Craene, bestuurder en leerkracht bij Medaxis.

Vanlommel denkt dat deze evolutie te wijten is aan de moeilijke overgang van het secundair naar het hoger onderwijs. “De hoofdreden voor deze stijging is dat de kloof tussen het secundair en het hoger onderwijs nog altijd zeer groot is.”

Zo raken studenten in het eerste jaar vaak in de problemen, legt Vanlommel uit. “Veel studenten hebben in hun eerste jaar nog problemen met de algemene zaken: hoe moet ik mijn studies aanpakken, hoe plan ik mijn studies, hoe verwerk ik de leerstof?” Maar volgens Vanlommel schakelen studenten ook sneller de hulp in van een repetitor. “In plaats van zelf naar een oplossing te zoeken, gaan ze snel hulp zoeken om zo toch zekerheid te hebben en sneller van hun studies af te zijn.”

Volgens De Craene zit het probleem inderdaad in het secundair onderwijs. “Ik denk dat ik niet fout ben als ik zeg dat het wiskundeniveau er zeker niet op vooruit is gegaan.” Maar De Craene merkt ook dat studenten hoger mikken. “Meer studenten durven de stap zetten naar het hoger onderwijs en dat siert hen ook. Maar dat zijn dan jongens en meisjes die uit een richting komen met 3 uur wiskunde per week.”

"De kwaliteit van de repetitoren is vaak niet gegarandeerd"

Bernard Tilleman, Decaan van de Rechtenfaculteit


Ook de mogelijkheid om vakken “mee te nemen” versterkt soms de druk om te slagen, legt Vanlommel uit. “Ze nemen een vak pas op in hun tweede jaar en dan lukt het vak niet. In hun derde jaar moeten ze dan wel slagen of ze moeten stoppen met de richting. Dat zorgt voor extra stress.”

Student-lesgevers

De prijzen voor bijles beginnen aan 15 euro per uur en gaan tot meer dan 25 euro per uur bij sommige kantoren. Bij Sagio en Studant kan je als student zelf lesgeven aan je jongere medestudenten. “Wij screenen mogelijke bijlesgevers op hun examenresultaten. Daarna volgen testen om te bekijken of je het vak beheerst en kan uitleggen,” vertelt Vanlommel.

Ook Sagio test haar studenten alvorens ze les mogen geven, legt Geens uit. “Er is een strenge selectieprocedure voor bijlesgevers en wij volgen de bijlessen ook op.” Als student-lesgever verdien je bij Sagio 18 euro per uur.

Decaan van de rechtenfaculteit Bernard Tilleman is en blijft een hevige tegenstander van de bijlespraktijken. “Voor een goede student is het leerzaam zaken aan anderen uit te leggen. Op voorwaarde dat het gratis is, want wij mogen als universiteit niet het signaal geven dat je als student geld kan vragen om andere studenten te helpen. Daarbij is de kwaliteit van de repetitoren vaak niet gegarandeerd.”

De Craene is ook tegenstander van bijles door studenten. “Onze lessen worden gegeven door mensen met een aggregaatdiploma, terwijl ik zie dat vele kantoren gewoon met studenten, zelfs bachelorstudenten werken. Zij hebben geen diploma, laat staan een opleiding om les te geven aan een groep. Je kan als student-lesgever zelf een vak heel goed beheersen maar het niet kunnen uitleggen,” aldus De Craene.

Zwembandjes

Tilleman wil meer inzetten op gratis begeleiding. “In de mate dat de repetitoren te veel succes hebben moeten we ons als universiteit afvragen hoe we kunnen bijsturen. Er zullen altijd repetitorkantoren zijn maar we moeten ervoor zorgen dat een repetitor geen noodzaak is.”

Studenten aan een universiteit moeten op een bepaald punt wel op eigen benen kunnen staan, meent Tilleman. “We moeten nadenken over de noodzaak van begeleiding voor latere jaren. Mijn collega professor Sagaert heeft daar een mooi beeld voor: in het begin moet je zwembandjes geven maar nadien moet je zelf kunnen zwemmen. Initiatieven zoals PAL (Peer assisted learning, red.), waar studenten elkaar kosteloos helpen, zijn ten zeerste aan te moedigen. Misschien moeten we bekijken hoe we voor bepaalde probleemstudenten PAL kunnen uitbreiden naar alle jaren.”

"Wat kost een jaar langer te studeren? Elke dag met de trein, eten, kot, en dan spreek ik nog niet over de opportuniteitskost."

Joris De Craene, bestuurder en leerkracht bij Medaxis

Strengere selectie

Maar dat betekent dan ook een strengere selectie in het eerste jaar, legt Tilleman uit. “In het eerste jaar moeten we een goede selectie maken en dan zouden de studenten normaal gezien in de latere jaren autonoom kunnen zwemmen zonder zwembandjes.”

Om die lessen te betalen gaan steeds meer studenten ook werken, vertelt De Craene. “Wat wij merken, is dat veel studenten gaan werken om die repetitorkantoren te betalen. In die zin is het wel betaalbaar, ieder moet voor zich de keuze maken waaraan ze hun geld besteden. Wat kost het om een jaar langer te studeren? Elke dag met de trein, eten, kot, en dan spreek ik nog niet over de opportuniteitskost. Maar universiteiten zullen nooit fan worden van repetitorkantoren om begrijpbare redenen.”

Al blijven niet alle repetitorkantoren even lang bestaan. "Ik heb in de 25 jaar dat wij bestaan al veel kantoren gezien die na twee jaar terug verdwenen," besluit De Craene.

Powered by Labrador CMS