DE LEGENDE RIA LAENEN
'Ik word vaak verweten een Ruslandhater te zijn. Maar het tegendeel is waar'

Geliefd in de media voor haar heldere duiding bij de gewichtige actualiteit, maar ook geliefd bij studenten voor haar memorabele lessen internationale politiek. Het was tijd om Ria Laenen officieel te huldigen als legende. 'Maar ook wij zijn slechts mensen.'
Of ze verrast was om gekroond te worden tot legende door Veto? 'Ik vind het een hele eer', lacht Ria Laenen wanneer we haar opzoeken in haar kantoor op een zonnige lentedag. 'Wie ben ik om aan bod te komen in jullie reeks? De andere professoren die de revue al passeerden zijn nogal coryfeeën.' Maar die status heeft Laenen ondertussen wel zelf bereikt.
Zo geeft de politicologe en slaviste al jarenlang het vak Internationale politiek sinds 1945, en geldt ze als een onbetwist Ruslandexperte in onze regio. Wanneer ze niet voor de aula staat, geeft ze regelmatig duiding en achtergrond bij de actualiteit in de media. Tegelijk is ze ook coördinator van het International Office van de Faculteit Sociale Wetenschappen, waarvoor ze onder meer studenten warm maakt om naar het buitenland te gaan.
Master na master
Toch stond het niet per se in de sterren geschreven dat Laenen een academische carrière zou uitbouwen. Zo was ze de eerste in haar familie die de stap zette naar de universiteit. 'Het was absoluut geen evidentie dat ik een doctoraat zou behalen, laat staan zou gaan studeren aan de universiteit', vertelt Laenen. Ze bleef meteen plakken.
In Londen deed ze er onmiddellijk daarna nog een master bij in Oost-Europese studies, maar Laenen startte met Slavistiek in Leuven. 'Ik wilde iets doen met taal en literatuur. Tegelijkertijd wilde ik de ontwikkelingen in de wereld beter volgen: ook journalistiek stond bijvoorbeeld op mijn lijstje. Slavistiek bood zo de ideale combinatie om me te verdiepen in één regio vanuit die verschillende invalshoeken.'
'Tot mijn eigen verbazing zijn er heel wat studenten die het beleid van Poetin soms inspirerend vinden'
Tijdens en na haar doctoraat aan de KU Leuven, verving ze al eens haar promotor Katlijn Malfliet voor een les. En van het een kwam het ander. 'Het werd al snel duidelijk dat ik heel graag les gaf', lacht ze. Ze is dan ook verheugd om te horen dat ze erom bekend staat elke student – met welke studieachtergrond dan ook – mee te nemen in haar lessen.
'Ik probeer, ook als het gaat om grote groepen, ervoor te zorgen dat iedere student die in de aula zit nooit het gevoel te geven dat die dom is omdat die iets niet weet', zegt Laenen. 'Ik heb mij er als student immers dikwijls aan geërgerd wanneer een prof iets probeerde uit te leggen, maar voorbij ging aan de basis. Zij die al goed mee zijn met de basis, kunnen dan uitblinken op het examen.'
'Het is niet onmogelijk om het maximum aantal punten te halen. Het is een arrogante houding om te beweren dat een 20/20 onmogelijk is: er bestaat wel degelijk een perfect antwoord, als je ook goed onderbouwde vragen stelt.'
U droeg uw nieuwe boek Een heel klein beetje vrede op aan uw studenten.
Ria Laenen: 'Ik beschouw onderwijs nooit als eenrichtingsverkeer. Ik kan altijd iets van jullie leren: door een vraag die gesteld wordt, of wanneer blijkt dat studenten iets niet weten. Dan stel ik me de vraag: waarom zouden ze dat al moeten weten? Ik stop veel energie in mijn lessen, maar dat haal ik er ook weer heel makkelijk uit. Lesgeven is altijd een vorm van dialoog, ook al zit de overgrote meerderheid daar gewoon om notities te nemen.'

Ook door de befaamde quiz over internationale politiek die u tijdens de les organiseert, bent u bij de studenten geliefd.
'Ik vind het merkwaardig dat dat niet in andere lessen gebeurt. Ik pak dat old fashioned aan, zonder smartphones maar met het opsteken van papiertjes. Dat valt blijkbaar in de smaak. Voor mij is het een leuke oefening om te beslissen welke vragen ik zal stellen, want ik probeer er altijd voor te zorgen dat er een duidelijke link is met de leerstof.'
'Ik wil de studenten dan ook prikkelen om de actualiteit te volgen. Als ik ze aangemoedigd heb om, nog nadat ze het vak gevolgd hebben, verbanden te leggen tussen mijn vak en de actualiteit, dan ben ik in mijn opzet geslaagd.'
U vraagt input van studenten, maar liet in De Morgen optekenen dat ze steeds extremer worden, langs beide kanten van het politieke spectrum. Hoe gaat u daarmee om in hoorcolleges?
'Dat is in de hele maatschappij zo. Maar als het op één plek zou moeten kunnen om met de nodige nuancering en respect voor meningsverschillen, zelfs over politiek gevoelige thema's te praten, dan zou dat in de setting van een les moeten kunnen.'
'Als ik vakken over Russische politiek doceer, stel ik tot mijn eigen verbazing vaak vast dat er toch wel wat studenten zijn die het beleid van Poetin soms inspirerend vinden, of zelf standpunten innemen die aangeven dat wat er nu Oekraïne gebeurt volkomen de schuld is van het Westen. Maar ik merk gelukkig dat bij een aantal van hen, naarmate het semester vordert, expliciet heeft aangegeven dat hun visie erover veranderd is. Dat is het grootste compliment dat je van een student kan krijgen.'
Gorbatsjovgeneratie
U ging Slavistiek studeren tijdens de optimistische jaren negentig. Een periode die we ons nu nog amper kunnen voorstellen.
'Verschillende zaken spraken me aan bij die opleiding, maar ik kreeg erdoor ook toegang tot de Russische literatuur. Het waren de piekjaren van het aantal studenten dat Russisch ging studeren. Na de val van het communisme werd volop gedacht dat het land zich zou openen voor de wereld, en dat er veel zaken konden gedaan worden. Dat was niet mijn motivatie, maar wel die van enkele medestudenten.'
'In ieder geval was ik echt een student van de Gorbatsjovgeneratie. Die had een grote populariteit in het Westen, in Rusland veel minder. Wij waren opgegroeid in de Koude Oorlog, en Gorbatsjov durfde het aan om te spreken over het doorbreken van de nucleaire wapenwedloop en te pleiten voor dialoog tussen het Oosten en het Westen. Nu klinkt dat vreemd, maar ik keek naar hem op. Gorbatsjov was voor mij een inspirerend figuur. En onder slavisten was ik zeker niet de enige.'
Voor studenten is het nu vaak moeilijk om op te kijken naar Rusland. Kan je de Russische cultuur nog bewonderen?
'Ikzelf kan die opsplitsing nog maken. Ik kan bijvoorbeeld nog genieten van Russische klassieke muziek, die arme componisten hebben niets te maken met wat er nu gebeurt. Het zou jammer zijn als we de rijke Russische cultuur naar de prullenmand verwijzen, maar tegelijkertijd begrijp ik het dat jongeren er niet voor staan te springen. Dat is regelrecht Poetin zijn schuld. Hij heeft de volledige Russische cultuur bezoedeld, terwijl hij die beweert te beschermen.'
'Het klinkt tegenwoordig haast fout als je zegt dat je Russische vrienden hebt'
'Ik word vaak verweten een Ruslandhater te zijn. Maar het tegendeel is waar. Ik ben een Russofiel, maar dan heb ik het over een ander Rusland. Ik zie het land zo graag dat ik wil dat het er anders aan zou toegaan.'
Hebt u dan heimwee naar de jaren negentig, naar het Rusland van uw studietijd?
'Zeker niet. Dat waren voor de Russen zelf niet de meest fantastische jaren. Er was economische chaos, oligarchie: het was daar echt het Wilde Westen. Als student en jonge onderzoeker was dat fascinerend, maar er leven was geen geschenk.'
'Wat toen wel kon, was meteen op het vliegtuig stappen naar Moskou om met de trein door het land te trekken. Ik had er ook veel projecten met Russische collega's. Nu moet ik me de vraag stellen: wordt dat ooit terug mogelijk tijdens mijn loopbaan? Rusland sluit zich, en zal niet snel terug opengaan.'
Hoe verkrijgt u nog informatie van een land dat zo gesloten is?
'Ik heb gelukkig jarenlang geïnvesteerd in het opbouwen van een netwerk. Nu klinkt dat heel rationeel, maar dat ging vrij spontaan. Ik heb er oprechte vriendschappen opgedaan en dat blijft zo. Het klinkt tegenwoordig haast fout als je zegt dat je Russische vrienden hebt. Maar die heb ik, en ze zijn ontzettend kritisch voor het Poetinregime en zouden niet liever hebben dan dat Oekraïne de oorlog wint. Velen van hen zijn overigens het land ontvlucht.'
Voor zo'n netwerk moet je Russisch spreken, maar sinds 2017 kan je geen Slavistiek meer volgen aan de universiteit.
'Dat is bijzonder jammer, maar aan de KU Leuven hebben we nog altijd een breed aanbod aan vakken over Rusland. Er zijn ook tal van mogelijkheden om Russisch te gaan studeren, aan het Centrum voor Levende Talen in Leuven bijvoorbeeld. Ik hoor van de docenten daar dat het aantal studenten de dieperik ingaat. Vroeger gingen velen Russisch studeren omwille van de professionele contacten, die zijn nu doorgeknipt.'
Wat is een centraal inzicht in uw academische carrière?
'Ik ben tot de vaststelling gekomen dat Rusland al heel lang assertief te werk gaat en steeds agressiever wordt in haar toon en daden. Ik beweer niet dat ik de oorlog in Oekraïne had voorspeld, dat heeft niemand gedaan, maar de manier waarop heeft me niet verbaasd.'

'Het streven naar de status van een grootmacht en dat proberen afdwingen via alle mogelijke manieren, desnoods via de militaire, dat typeert Poetin. Vaak wordt bij die agressiviteit gewezen op de annexatie van de Krim in 2014. Maar voor mij is het jaar 2008 belangrijk, toen Rusland Georgië binnenviel. Het Westen heeft daarop te laks gereageerd en gaf het Kremlin de boodschap dat het met veel kan wegkomen.'
Het Westen heeft Rusland te lang met een fluwelen handschoen behandeld?
'De jaren negentig waren voor Rusland een moeilijke periode, maar uit dat dal is het land snel geklommen, dankzij de export van olie en gas naar Europa. Daarom vind ik het heel interessant dat de Europese Unie steeds energieafhankelijker werd van Rusland, terwijl de twee op politiek vlak verder uit elkaar groeiden. En Poetin aarzelde echt niet om energie als geopolitiek drukkingsmiddel te gebruiken. Toch ging de EU steeds verder met het aanleggen van nieuwe pijpleidingen.'
Mediaprof?
Even iets anders. U bent dagelijks bezig met internationalisering. Is de zogenaamde 'verengelsing' een fictief spook, of een realiteit?
'Dat is een opgeblazen verhaal. In de praktijk merken jullie toch ook dat je kwalitatief onderwijs in het Nederlands kan genieten? Maar je kan er tegelijk niet omheen dat Engels domineert als academische taal, dan lijkt het me niet zo onverstandig om studenten daar ook van te laten proeven door ook Engelstalige vakken aan te bieden.'
U schreef Een heel klein beetje vrede in het Nederlands. Een bewuste keuze?
'Zeker. Het wordt ook gebruikt in een bachelorvak, dus het was de ambitie om een heel toegankelijk boek te schrijven. Maar versta me niet verkeerd: hoewel ik een groot pleitbezorger ben van internationalisering, moedig ik een goede Nederlandse taalbeheersing even goed aan.'
'Het klinkt misschien idealistisch, maar ik wil wat dat betreft ook het goede voorbeeld geven en verzorgde taal hanteren tijdens de les. Ik doe ook mijn best om geen al te hoogdravende taal, of oubollige woorden te gebruiken. Al verschillen mijn dochter en ik daarover van mening.' (lacht)
U omarmt uw rol als wetenschapscommunicator door vaak duiding te geven bij de actualiteit in de media. Waar ligt de grens tussen je maatschappelijke opdracht vervullen, en een 'mediaprof' worden?
'Ik vind dat een heel moeilijke evenwichtsoefening. Vaak krijg ik te horen dat ik heel veel in de media kom, toch weiger ik meer dan zeventig procent van de aanbiedingen. Maar als er collega's zijn die op elke vraag ingaan, dan neemt dat meer tijd in beslag dan een fulltime job. Dan kan je je andere taken ook gewoon niet meer vervullen.'
Hoort het bij het het takenpakket van een professor om te communiceren naar een breed publiek?
'Zeker wel, en om een bijdrage te leveren aan het maatschappelijke debat. Dat geldt bij uitstek voor zij die in de Sociale Wetenschappen actief zijn. De maatschappij en de wereld zijn onze onderzoeksdomeinen, dan zijn wij ook de eersten die daar een bijdrage aan moeten leveren.'
'Je komt bijna per definitie met een gevoel van frustratie uit een televisiestudio als expert'
'Anderzijds begrijp ik ook wel dat sommige academici daar niet op ingaan, en liever onderzoek doen of lesgeven in plaats van in een mediaformat te stappen. Telkens wanneer ik in een televisiestudio zit, moet ik zelf over een bepaalde drempel. Ik zit daar altijd buiten mijn comfortzone, en zet voor mezelf ook wel een paar grenzen aan bepaalde vragen vanuit de media.'
Over welke drempels moeten academici stappen wanneer ze in de media verschijnen?
'Veel van hen hebben decennialange kennis over bepaalde thema's, en moeten dan plots heel simplistische vragen beantwoorden. Je komt bijna per definitie met een gevoel van frustratie uit een televisiestudio. Je hebt niet de nuance kunnen brengen die je wou, het wordt bovendien live uitgezonden, en je mailbox zit de volgende dag vaak vol met haatberichten. Is dat iets wat je jezelf wil aandoen? Niet per se.'
'Als vrouwelijke expert word je bovendien ook aangesproken op welke kleren je aan had, of hoe je haar lag. Je kan het bij voorbaat alleen maar fout doen. Om die drempels proberen te overwinnen, is voor mij ook een oefening geweest. Ik heb alle respect voor zij die daarom niet in de media willen opdraven. Academici worden daar ook niet voor opgeleid.'
Faculteiten stimuleren hun professoren wel steeds meer om in de media te komen. Worden ze daar dan niet op voorbereid?
'Aan onze faculteit bijvoorbeeld worden mediaoptredens niet echt gestimuleerd. Ik heb wel weet van enkele professoren die mediatraining krijgen. Maar we moeten oppassen dat we geen politici met debatfiches worden. Wij hebben onze kennis, en mogen ook wat minder streng voor onszelf zijn. Studenten hebben vaak een beeld van een doorsnee academicus. Maar sommigen zijn beter in onderzoek dan in lesgeven, en vice versa. Wij zijn ook maar mensen.' (lacht)