interview> Een portret van een Syrische vluchteling en haar gezin

Tegen de Stroom in: portret Mariam Albchouat

Onze reporter fietst ‘Tegen de Stroom in’ naar de Balkan. Onderweg ontmoet hij asielzoekers en migranten. Hij laat hen zelf hun verhaal doen.

Gepubliceerd

Onze reporter fietst van Leuven naar de Balkan op zoek naar verhalen over migratie en integratie.

Volg de reportagereeks 'Tegen de Stroom in' ook op Facebook.

“Ik heet Mariam. Samen met mijn man Fouad en mijn tweekinderen, Maher en Daher, had ik het zeer goed in Syrië. Mijn man was inDamascus eigenaar van een groot restaurant met een zwembad en ik zorgde voor dekinderen. We hadden alles, maar in 2011 begon de oorlog. Vanuit Damascusvluchtten we eerst naar een kleine stad in Syrië zelf.”

“Mijn man en ik kozen voor Duitsland omdat ik dacht dat hethier goed zou zijn voor de kinderen om te studeren en te leven. Dat bleek ookhet geval te zijn. Ons gezin werd toegewezen aan het dorp Weiskirchen en wewerden hier in maart 2014 echt goed ontvangen. De gemeente had een woning voorons geregeld en er is een vrijwilligersnetwerk dat ons met vanalles helpt: taalcursussen,vervoer, kledij...”

“Toen we hier aankwamen, was ik zwanger. Als pasgeboren baby ging mijn dochter Mayar mee naar de taalcursus van de gemeente. De vrijwilliger Ruth die de cursus gaf, was veel meer dan gewoon een leerkracht. Ze was als een moeder voor mij. Tijdens de les hield ze soms mijn baby vast. Ook Fouad volgt nu taallessen en we zoeken allebei werk. We hebben al veel gezocht, maar nog niets gevonden. Ik ga waarschijnlijk een opleiding kinderverzorging beginnen.”

“Maher is nu zeven en Daher negen. Van een buurvrouw leerdenmijn zonen snel na onze aankomst de letters en de kleuren in het Duits. Deoudste kan zelfs Duits schrijven, maar geen Arabisch. Hij verstaat Duits ook albeter dan onze taal. Op school speelt Daher bijvoorbeeld meer met de Duitsekindjes dan met de nieuwe Syrische kindjes, want hij verstaat de Duitse kindjesbeter.”

Terug

“Elke tien dagen probeer ik mijn ouders en zussen in Syriëte bereiken via Viber of WhatsApp. Soms lukt het, soms niet. Ze leven en hopendat de oorlog eindigt. In dat geval willen mijn man en ik graag terug.”

“Als ik echter aan mijn kinderen vraag of ze naar Syrië willen vliegen, dan zeggen ze: ‘Nee, we willen in Duitsland blijven.’ Ze hebben hier veel vriendjes. Syrische kinderen antwoorden over het algemeen ‘nee’ op die vraag. Ze kennen hun thuisland eigenlijk niet.”

“Ik vind het emotioneel zwaar wanneer mijn kinderen dat zeggen. Hun opa is nog in Syrië en dan zeg ik dat we hem kunnen bezoeken. Maar de kinderen zeggen: ‘Nee, we willen niet. Syrië is niet goed. Opa moet naar Duitsland komen.’ Dan zeg ik: ‘Dat kan niet.’ En antwoorden zij: ‘Hij blijft daar en wij blijven hier.’ Als ik foto’s laat zien van ons vroegere huis en ons zwembad dan twijfelen ze wel.”

Powered by Labrador CMS