artikel> Kandidaat-rector Luc Sels trapt campagne ambitieus af

Luc Sels: ‘We willen weg van het ‘KU Leuven first’ discours’

De campagne voor de rectorverkiezingen 2017 gaat vanaf vandaag officieel van start. Tot 6 mei mogen de twee kandidaten campagne voeren.

Gepubliceerd

Een eerste analyse van het programma vind je hier. De belangrijkste punten per domein hier.

Luc Sels, decaan van de faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen (FEB), toont zich ambitieus met een 70-pagina’s tellend verkiezingsprogramma, samengebracht onder de noemer ‘KU Leuven+’.

‘Het programma is een integraal programma dat vooral een beeld probeert te schetsen van hoe ik de universiteit zie functioneren’, reageert Sels. ‘Het schetst een ambitie voor de universiteit die ook verder durft kijken dan wat actueel haalbaar is op basis van de bestaande structuren en financiering.’

‘KU Leuven+’ leest als een ambitieus project, maar is volgens Sels niet radicaal. ‘Er wordt vooral ingezet op verbetering. Veel, maar niet alles uit het programma is realiseerbaar in vier jaar.’ Met de slagzin ‘plus est en nous’ zegt Sels op een geduldige en geleidelijke cultuuromslag te mikken, met het zicht op de toekomst. ‘Maar iemand moet die bocht wel eens inzetten.’

‘KU Leuven+’ leest als een ambitieus project, maar is volgens Sels niet radicaal

‘Wat de haalbaarheid betreft, vraagt de grote meerderheid van de voorstellen niet zozeer bijkomende financiële middelen’, denkt de FEB-decaan, ‘maar wel een andere, en vooral slimmere, organisatie en een andere bestuurscultuur.’ De kandidaat-rector geeft wel toe dat de uitdagingen op gebied van veranderingsmanagement hier niet gering zijn. 'Ik denk dat ik echter binnen FEB reeds bewezen heb dat ik uitdagende veranderingstrajecten tot een goed einde kan brengen, door te streven naar gedragenheid en brede consultatie.

Sabbats vergemakkelijken

Verderop in deze krant vindt u een uitgebreide analyse, maar enkele voorstellen springen er alvast uit. Zo wil Sels een basisfinanciering invoeren in de vorm van een combinatie van een uitbreiding van de startfinanciering, de garantie van een onderzoekskrediet en een systeem van sabbatperiodes voor het Zelfstandig Academisch Personeel en (ZAP) en Onderwijzend Personeel groep 3 (OP3) die aantoonbaar aan onderzoek doen.

Sels wil de startfinanciering verruimen. Momenteel is de startfinanciering beperkt tot beginnende academici met maximum zeven jaar postdoctorale anciënniteit. Door de huidige beperkingen in het systeem op te heffen zou dit een basisfinanciering voor de eerste vijf jaar van de loopbaan moeten vormen. Na die vijf jaar wil Sels een ‘onderzoekskrediet’ bieden voor onderzoekers die niet langer de noodzakelijke onderzoeksmiddelen beschikbaar hebben. Het krediet wordt gekoppeld aan een positieve evaluatie.

Een onderzoekskrediet is broodnodig, vindt Sels. ‘Er is de werkdruk en de situatie van veel jonge academici’, licht Sels toe, ‘maar evengoed van heel wat collega’s met al een aanzienlijke anciënniteit.’ Volgens de kandidaat-rector mag de universiteit immers excellent onderzoek verwachten van haar academici. ‘Maar omgekeerd mag elke academicus ook verwachten om over de nodige middelen te beschikken, of om in staat te zijn deze te verwerven, om dit excellente onderzoek te verrichten.’

Een opvallend programmapunt is ‘het verzekeren van tijd’: een voorstel om sabbaticals te vergemakkelijken door middel van een puntensysteem

‘We moeten ook heel erg opletten om deze maatregelen enkel te zien als een kost’, denkt Sels. ‘We moeten ze zien als een investering die meer dan waarschijnlijk de onderzoeksproductiviteit ten goede komt.’

Volgens Sels is zo’n onderzoekskrediet ook financieel haalbaar. ‘Het gaat om een beperkte ophoging voor wie aantoonbaar onderzoeksactief is, bovenop eventuele middelen die men al via departement of faculteit krijgt, en wordt beperkt tot wie die middelen niet beschikbaar heeft als vrije reserves.’

Een opvallend programmapunt is ‘het verzekeren van tijd’: een voorstel om sabbaticals te vergemakkelijken door middel van een puntensysteem. Een jaar inzet voor een reguliere academische opdracht zou bijvoorbeeld gelijk staan aan 1 punt. Vijf punten geven recht op een sabbatical van een semester, tien op een sabbat van een jaar. Ook de jaren in bestuursmandaten zoals vicedecaan onderwijs of programmadirecteur zouden extra punten kunnen opleveren.

‘Dit is een noodzaak als we ons meer aan de internationale standaard willen spiegelen’, vindt Sels, ‘waar een sabbatsperiode geen gunst, maar een recht is.’ De rector-kandidaat ziet de mogelijkheid verder te bouwen op de compensatiemodellen waarvoor door verschillende faculteiten en departementen de eerste stappen al gezet zijn. ‘Wanneer we die modellen gebruiken om te extrapoleren, leren we dat het om een reële extra kost gaat die beheersbaar is. Ze komt ergens uit in de buurt van de kost van het onderzoekskrediet waartoe ik me engageer.’

‘We willen weg van het ‘KU Leuven first’ discours, want dat werkt intern niet verbindend en extern enkel polariserend'

Luc Sels, kandidaat-rector

Volgens Sels is zo’n systeem van sabbaticals niet enkel gunstig voor onderzoek. ‘We mogen in ieder geval niet vergeten dat deze investering en ook de investering in een werkingskrediet niet alleen veel zal opleveren voor onderzoek, maar ook het welbevinden van professoren en het functioneren van faculteiten en departementen – en zelfs van de globale instelling - ten goede zal komen.’

‘KU Leuven first’?

‘Ik heb een duidelijke visie op waar we naartoe moeten’, liet Sels eerder optekenen in De Standaard. De FEB-decaan gaat gewoon op dat elan door. De belofte om een alternatief te bieden voor Rik Torfs, is duidelijk ingelost.

Een voorbeeld is de verhouding tot de andere Vlaamse universiteiten: ‘Het is de vraag welke aanpak hier de beste is’, schrijft Sels. ‘Die van hevige competitie met de andere universiteiten? Onszelf op de borst kloppen en op het forum roepen dat andere universiteiten hoogstens provinciale ambities moeten koesteren?’ Een duidelijke boodschap aan het adres van huidig rector Rik Torfs.

‘We willen weg van het ‘KU Leuven first’ discours, want dat werkt intern niet verbindend en extern enkel polariserend’, stelt Sels scherp. Hij wil een meer respectvolle houding aannemen ten aanzien van de andere universiteiten. ‘'Beter zijn’ moet blijken uit het niveau van ons onderwijs en de kwaliteit van ons onderzoek. Het mag niet de kern zijn van ons discours.’

Powered by Labrador CMS