nieuws> Wel minimale garanties over universiteiten heen

Universiteiten zeggen opnieuw nee tegen centraal meldpunt

De Vlaamse rectoren staan niet achter een centraal meldpunt voor grensoverschrijdend gedrag, zo blijkt uit een interne nota. Zetten ze voor de tweede keer de hakken in het zand?

Gepubliceerd Laatst geüpdatet

Een centraal meldpunt voor grensoverschrijdend gedrag zal de situatie voor melders 'niet substantieel veranderen', zo schrijven de Vlaamse rectoren in een interne nota, die Veto kon inkijken. Er is evidentie, zo klinkt het, dat te veel keuzemogelijkheden slachtoffers meer stress bezorgen.

Het standpunt is opvallend, omdat UGent-rector Rik Van de Walle zich recent wel voorstander verklaarde. Hij is op dit moment roterend voorzitter van de Vlaamse Interuniversitaire Raad (Vlir).

'Het is zo dat niet alle universiteiten er vandaag van overtuigd zijn dat best gestreefd wordt naar de creatie van een centraal extern meldpunt', verwoordt Tine Dezeure, woordvoerder van de UGent, het.

Snellere opvolging

'Het document waarvan sprake, is de door de rectoren goedgekeurde versie van de engagementsverklaring op 30 maart', bevestigt Dezeure. Uit dat statement bleek al dat de universiteiten grensoverschrijdend gedrag liefst zoveel mogelijk zelf oplossen, al bleef de tekst relatief vaag over het meldpunt. Een paar dagen eerder had minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) zich nog groot voorstander verklaard van zo'n meldpunt.

Vorige week moest Weyts toegeven dat het centraal meldpunt niet voor meteen zal zijn. 'De neuzen staan nog niet in dezelfde richting', klonk het in het Vlaams Parlement. De nota van de Vlaamse rectoren maakt duidelijk vanwaar dat komt.

De Vlaamse rectoren zien veel voordelen van interne meldpunten: die geven volgens hen een meer vertrouwde context voor de melder. Een intern meldpunt heeft daarnaast meer begrip voor de universitaire context en biedt '(de mogelijkheid tot) snellere opvolging'.

Ze geven aan dat externe meldpunten ook voordelen hebben, zoals 'de (perceptie van) onafhankelijkheid'. Maar de rectoren verwijzen liefst door naar de bestaande meldpunten, zoals 1712 of de Genderkamer van de Vlaamse Ombudsdienst. Dat doen de sportsector of mediasector ook, klinkt het.

Interuniversitaire garanties

De universiteiten houden de aanpak van grensoverschrijdend gedrag liefst in de instelling zelf. Door de uiteenlopende contexten in elke universiteit verkiezen ze 'maatwerk'. Bepaalde andere stappen willen ze wel gezamenlijk nemen.

De universiteiten lijken weeral aan te sturen op een engagementsverklaring, zoals in 2018

Het gaat dan bijvoorbeeld om gemeenschappelijke minimale garanties voor procedures. De universiteiten willen afspraken maken over de discretie, anonimiteit én de doorlooptijd van meldingen.

In veel gevallen willen de universiteiten vooral samen de juridische kaders opzoeken en uitklaren. Opvallend is een herorganisering van het beroepsgeheim en de discretieplicht, 'zodat herhaalde meldingen aan het licht komen, zonder de belofte van vertrouwelijkheid te verbreken'.

De rectoren willen ook beslissingsbomen van hun procedures opstellen. Die kunnen zorgen voor 'verwachtingsmanagement' bij melders. De bomen kunnen ook de gevolgen van keuzes duidelijk maken, zoals de keuze om anoniem te blijven in het licht van verjaring van feiten.

Engagementsverklaring

De universiteiten lijken weeral aan te sturen op een engagementsverklaring, zoals ze in 2018 deden. Na een geval van grensoverschrijdend gedrag aan de UGent lag toen ook een centraal, onafhankelijk meldpunt op tafel. De universiteiten en hogescholen verkozen een charter.

De engagementen klinken deze keer wat concreter

Al hoeft het deze keer niet per se zo te lopen. Ten minste één rector, Rik Van de Walle, is uitgesproken voorstander van het centrale meldpunt.

Bovendien klinken de engagementen deze keer wat concreter. De rectoren lijken zich te scharen achter de twee andere prioriteiten van Weyts: een beschermend kader voor studenten die melding doen en een uniforme registratie van meldingen aan de universiteiten. Voor Weyts moet dat uiteindelijk uitmonden in een centraal register.

Powered by Labrador CMS