GEN Z AAN ZET MIEKE 'MIK' SCHELSTRAETE

Boeken toe

Mieke 'Mik' Schelstraete beseft dat alles na hun afstuderen anders zal zijn. 'Misschien is afstuderen niet meer dan een drempel, zoals je die voor deuren hebt.'

Gepubliceerd
Leestijd: 2 min

Op een dag word je wakker en realiseer je je dat wat je scheidt van nu en de rest van je leven niet meer is dan twee maanden, dat de manier waarop je je leven hebt ingedeeld van drie tot vierentwintigjaar oud vervalt, dat vanaf nu alles anders zal zijn.

Je kijkt op de kalender: nog twee weken, dan de laatste les, dan examens, diploma, en dan? Er vormt zich een schemerige muur tussen nu en later. Tussen nu en de rest van je leven. Eerst en vooral realiseer je je dat je nooit meer een leerkracht zal hebben. Je wordt leerkracht, in mijn geval. Paradoxaal genoeg maak je na al die jaren richting de buitenwereld prompt rechtsomkeer. Terug de school in. Maar het wordt anders, en je weet niet goed hoe.

Het gat

Het eerste beeld dat bij je opkomt is een soort cliché dat docenten en medestudenten opvoeren van zodra je aan je master begint: het zwarte gat. Je studeert af en, omdat je nu eenmaal niet voor ingenieur of dokter hebt gestudeerd, word je geconfronteerd met een gapend gat. Dat gat kan de arbeidsmarkt zijn, maar ook de vraag: 'Wat nu?' die een iets algemenere en existentiëlere nasmaak heeft.

'Wat nu?' als in: 'Wat nu met mijn leven?' klinkt herkenbaar genoeg, maar aan de andere kant stoort het je wel dat dat de metafoor is die wordt gekozen. Is de vraag 'Wat nu?' echt een leegte? Ben je een soort lappenpop die achteloos in een ravijn wordt geslingerd? De slingerbeweging voelt juist, maar het zwarte gat? Alsof het enige wat je kan doen vallen is. Je staat dus even op de rand van het gat, je kijkt naar beneden. Je roept je eigen naam en krijgt die meteen teruggekaatst, maar net iets zwakker en minder vol.

De drempel

Dan denk je: misschien geen zwart gat. Misschien is afstuderen niet meer dan een drempel, zoals je die voor deuren hebt. Je bent klaar, nu moet je gewoon de drempel over. Van buiten naar binnen. Je bedenkt je dat wanneer je in de toekomst vijftig of zestig jaar oud bent en je terugkijkt naar dit moment, je je waarschijnlijk zal verbazen over hoeveel zorgen je je toen maakte over de toekomst.

De overgang tussen nu en later lijkt dan een overgang tussen vroeger en nu, een richeltje zo minuscuul dat je het niet gemerkt zou hebben als niemand je erop had gewezen. Want je werkte toch immers al, je woonde niet meer bij je ouders, je deed je eigen was… Het verschil tussen nu en later lijkt niet meer zo dramatisch.

Wat nu?

Maar dan lig je later die avond in bed en realiseer je dat echt alles anders zou kunnen zijn en dat er geen enkele manier is om te weten hoe. Je fictieve vijftigjarige zelf heeft de overgang tussen nu en later achter zich, dus heeft die natuurlijk gemakkelijk spreken. Er opent zich een leegte: iets tussen een gat en een richel, een deur, een drempel, een duisternis in de verte.

Tussen neerstorten en binnenkomen vormen zich spichtige aftakkingen. Aftakkingen die alle richtingen uitgaan, je ziet niet waar ze eindigen, je ziet niet of ze uitgroeien tot stevige stammen of afsterven net over de grens tot waar je ze kan zien. Het is beangstigend, maar je valt niet. Je wordt geslingerd, maar tegelijk opent zich na iedere brute slingerbeweging een veelheid aan keuzes en mogelijkheden. Hoe zal het zijn nadat je bent afgestudeerd? Je kan het niet weten. De duisternis blijft, de richting verandert.

Mieke 'Mik' Schelstraete is schrijver en kunstenaar en ging onlangs op schrijfresidentie met DeBuren.

 

 

Powered by Labrador CMS