INTERVIEW KORTFILMS

'Het is zonde dat kortfilms amper publiek aan­trekken'

Naar jaarlijkse traditie strijkt ook dit jaar het Internationaal Kortfilmfestival weer neer in Leuven. Het geeft jonge makers de kans om hun werk te tonen. Twee van hen zijn Lore Loyens en Sarah Lederman. 

Gepubliceerd
Leestijd: 8 min

Vorige week vrijdag opende het Internationaal Kortfilmfestival opnieuw de deuren in de zalen van STUK. Op de openingsavond stonden onder andere Tussen dag en dauw van Lore Loyens en On naît, on meurt van Sarah Lederman op het programma. Beide verhalen gaan over het rouwproces, maar belichten een andere fase. Loyens’ film belicht rouw voorafgaand aan het verlies, terwijl Lederman haar film maakte als deel van het proces. 

Lore Loyens - Tussen dag en Dauw 

'Ik geloof dat als je een sterk idee hebt, dan gaat er altijd wel een manier zijn om films te maken.'

Tussen dag en dauw vertelt het verhaal van Marthe die op roadtrip gaat met haar vriendinnen. Gaandeweg komt het publiek erachter dat haar zus thuis heel ziek is, en dat het steeds slechter gaat. Marthe schommelt de hele reis tussen het gevoel om plezier te maken op vakantie, en het schuldgevoel dat haar overvalt. 

'Het personage wil geen zwaarte in de groep brengen door erover te praten, maar daardoor onderdrukt ze haar eigen gevoelens', geeft Lore Loyens mee. 'Maar op het einde breekt ze, en wordt haar zus een bespreekbaar onderwerp in de vriendengroep.' Daarmee spoort Loyens aan om te praten met je geliefden over je problemen. 'Dan kunnen ze er op een betere manier voor jou zijn. Als de mensen rondom jou niet weten wat er gaande is, is dat niet het geval.'

Je staat op het Internationaal Kortfilmfestival met Tussen dag en dauw. Kan je ons daar iets meer over vertellen?
Lore Loyens: 'Na mijn afstudeerfilm kriebelde het meteen om aan nieuw project te beginnen. Zowel om mijn eigen regievaardigheden bij te werken alsook om nieuwe mensen te leren kennen. Regisseren leer je niet achter je bureau, maar door het daadwerkelijk te doen. Ik heb toen veel geluk gehad dat ik Sanne ben tegengekomen.'

'Sanne (Brockhoff, de scenarist, red.) had het scenario van Tussen dag en dauw geschreven. We hadden meteen een heel fijne connectie, en ik had een goede voeling met het scenario. Het verhaal bevat zoveel eerlijkheid en warmte, en heeft ook een boodschap die nog niet veel op het grote scherm getoond is. Het gaat namelijk over rouw die voorafgaat aan het verlies. Tegelijkertijd is het een zwoele zomerfilm met vriendschap en liefde. Daardoor wordt een onbesproken thema bespreekbaar op een heel toegankelijke manier.'

'In deze tijd is het belangrijk om AI te vriend te houden'

Lore Loyens

'Het is een paar maanden hard werken geweest met allemaal fijne en getalenteerde mensen om dat mogelijk te maken. En ik hoop dat ik daardoor ga kunnen doorgroeien, want mijn volgende stap is om iets langer te regisseren. Ik ben aan het schrijven aan een langspeelfilm, maar ik zou ook graag een reeks regisseren. Daar ben ik me op aan het voorbereiden.'

In welke mate verschilt het proces van een kortfilm met een langspeelfilm?

'Een langspeelfilm maken is een veel langer proces, maar het doelpubliek is ook anders. Bij kortfilms heb je een vrij niche publiek, bij een langspeelfilm heb je een veel grotere afzetmarkt. Je kan meer mensen bereiken, en dat is ook de reden waarom ik film doe: om bepaalde verhalen en thema's aan het grote publiek over te brengen. Zo kan ik zo veel mogelijk mensen raken, inspireren of iets bijleren op een toegankelijke en fijne manier.'

Eerder dit jaar won je met je afstudeerfilm Where The Black Sand Burns de prijs voor Beste Kortfilm op het Filmfestival in Oostende. Hoe zou die prijs verschillen met degene op het Internationaal Kortfilmfestival?
'Het festival in Oostende focust vooral op langspeelfilms, dus ze hebben daar maar vijf kortfilms. Daardoor gaat er veel aandacht naar die films, waardoor het hele festival een groter prestigieuzer gevoel heeft. In Leuven zijn er zoveel kortfilms en jonge makers die komen spelen, wat het heel interessant maakt. Het festival is ook wereldwijd bekend in het kortfilmcircuit. Als je je kortfilm daarna internationaal een parcours wil geven, is Leuven een heel goede springplank.'

Je hebt gestudeerd aan het KASK. Vanwaar de keuze om daar te studeren en film te studeren?
'Ik wilde al heel mijn leven graag films maken. Mijn vader is production designer, dus ik heb van jongs af aan mee op de set kunnen staan. De job van regisseur heeft mij altijd heel hard aangesproken. Het KASK is een school waar je echt al doende leert. Je moet superveel dingen maken en op jezelf dingen ontdekken, waardoor je heel veel leert in een korte tijd. Je moet zelf mensen zoeken om mee samen te werken in het werkveld, waardoor je snel leert om een netwerk uit te bouwen.'

Je was ook al eerder jurylid bij andere festivals. Hoe verschilt dat als je daar zelf staat met je eigen product? '
'Het is een totaal andere ervaring, je gaat er ook met een totaal andere blik naartoe. Als jurylid is het minder spannend, en ga ik vooral om me te laten inspireren en mensen te leren kennen. Als je eigen film speelt, dan voelt het heel kwetsbaar. Je legt je hart op tafel, en je hoopt dat mensen daar lief en warm op gaan reageren.'

Je hebt de eerste Belgische AI-film geregisseerd. Vanwaar het idee?
'Toen ChatGPT net werd gelanceerd, was ik heel nieuwsgierig. Ik ben van nature ook een heel nieuwsgierig persoon. Ik hoorde toen dat de tool teksten en gedichten kon schrijven. Ik zag op dat moment de mogelijkheid om aan ChatGPT te vragen om een scenario te schrijven en de dag erna dat te filmen en te kijken wat eruit ging komen.'

'We hebben toen op heel korte tijd een film gemaakt. Omdat dat toen nog heel nieuw was en dat leefde, heb ik een supergetalenteerde cast kunnen samenstellen. Het project heeft daarna wel wat media-aandacht gekregen, dus het was een superfijne ervaring.'

Je hebt toen zelfs enkele masterclasses gegeven over AI, hoe was dat?
'Ik had totaal geen achtergrond in AI. Ik had gewoon uit nieuwsgierigheid een experiment gedaan. Daar heb ik me toen moeten overzetten om aan die panels deel te nemen. Toen heb ik gevoeld hoe belangrijk het was om daar als jonge maker aanwezig te zijn. Die panels bestonden vaak uit oudere mensen die sneller pessimistisch waren.'

'Ze hadden medelijden met de jeugd en zeiden dat we lui gingen worden. Ik was toen blij dat ik erbij was om te verzekeren dat we creatief gaan blijven, en dat we enkel creatiever gaan moeten worden met deze digitale technologie.'

Gebruik je nu AI bij je films?
'Zeker wel, er is geen ontkomen aan. In deze tijd is het belangrijk om AI te vriend te houden, en er niet van weg te lopen hoe eng het ook is. Onder het mom van 'keep your friends close, but your enemies closer', blijf ik AI opvolgen. Ik probeer er zoveel mogelijk het positieve uit te halen, en we zien wel wat de toekomst brengt.'

Denk je dat AI jobs gaat overnemen in de sector?
'Ik ben er bewust van dat er veel veranderingen en evoluties gaan gebeuren binnen de sector, binnen álle sectoren. Maar ik geloof wel dat als je een sterk idee hebt, en je nieuwsgierig blijft, dan gaat er altijd wel een manier zijn om films te maken. In welke vorm dat zal zijn, kan ik op dit moment niet voorspellen.'

Sarah Lederman - On naît, on meurt

'Bij een documentaire is alles echt, en het voelt heel speciaal om deel te mogen uitmaken van een andere leefwereld.'

Kan je ons iets meer vertellen over je kortfilm?
Sarah Lederman: 'In 2020 kreeg mijn papa de spierziekte ALS, dat ging allemaal heel snel. Ik kon niets anders doen dan mijn camera nemen en hier en daar losse momenten filmen. Ik wilde hem zoveel mogelijk capteren op film, zodat hij toch zou kunnen blijven voortbestaan. Het gaat echt over wie hij was, onze band, en hoe het is om iemand zo dierbaar te verliezen.'

'Het is een heel persoonlijke en kwetsbare film. Maar we hebben geprobeerd de beelden te monteren zodat het universeel wordt, en dat mensen zich erin kunnen herkennen. Het blijft heel spannend om het eindresultaat te delen en te kijken naar wat de reacties zijn.' 

Was het altijd een plan toen je begon te filmen om daar een documentaire van te maken?
'Nee, ik wou eigenlijk geen film maken over een papa die ziek was, of een achteruitgang, of veel van mezelf in die film steken. Het idee is echt vertrokken vanuit de rouw en het verdriet een jaar nadat hij gestorven was. Dat verdriet was zo eenzaam, waardoor ik iets wou maken om dat verlies te verwerken.'

'Ik ben dan naar de beelden beginnen kijken en heb samen met de monteur gezocht naar manieren om het idee van een tribute te overstijgen. Het moest iets worden waar de mensen echt iets aan kunnen hebben, een soort warm dekentje dat over de dood kan gelegd worden. Ik wilde daarmee tonen dat het ook zacht kan zijn om stil te staan bij de dood.'

Hoe voelt het dan dat zo'n persoonlijke documentaire geselecteerd is voor de Vlaamse competitie? 
'Dat is een heel bijzonder gevoel. Het is fantastisch dat ik erkenning krijg, en dat mijn papa niet enkel in mijn herinnering of in die van mijn familie blijft voortbestaan. Op die manier kan ik een stuk tonen van wie hij is, en ook tonen hoe bijzonder het is wanneer onze ouders leven en gezond zijn. We staan daar vaak niet bij stil. Dus ik kijk er wel naar uit om het te delen, en een soort van bewustwording te creëren van hoe breekbaar het leven is.'

Het is al de vijfde keer dat je op het festival staat met een kortfilm, hoe voelt dat?
'Heel bijzonder. Ik stond er twee jaar geleden met een fictiefilm, het jaar daarvoor met een documentaire. Het is leuk dat het festival beide genres in de verf zet, en het is bijzonder dat ze mijn werk interessant vindt. Het is ook altijd een fijne ervaring om het in Leuven te tonen. Ik kom daar altijd heel veel volk tegen die ik nog ken van de filmschool. Dus altijd een hele fijne sfeer daar.'

Je hebt zowel Fictie als Documentaire gestudeerd. Vanwaar de keuze om beide te doen?
'Film is film. Het is bewegend beeld, en een verhaal vertellen met die beelden. Het is steeds zoeken naar een boog, en gevoelens omvormen naar scènes waardoor je mensen kan meenemen of inspireren. Voor mij zijn beide genres dus niet zo verschillend.'

'Filmen doe je met een team, terwijl het schrijven vaak alleen gebeurt'

Sarah Lederman

'Ik vind de twee heel boeiend, ook omdat ze heel anders zijn in werkwijze. Bij een documentaire gaat het over de echte wereld, met echte mensen en echte gevoelens. Bij fictie kan je daar iets verder in gaan, en kan je zaken verzinnen of uitbreiden.'

Als je toch moest kiezen tussen een van beide, welke zou je dan kiezen? 
'Ik denk dan toch eerder een documentaire. Ik vind het bijzonder dat de dingen echt zijn. In fictie blijft het fictie, en is er een bepaalde afstand tot het verhaal. Bij een documentaire is alles echt, en voelt het heel speciaal om deel te mogen uitmaken van een andere leefwereld.' 

Welke aspect van het proces van filmmaken vind je het leukste en het moeilijkste?
'Het leukste vind ik het filmen zelf. De dagen dat je op set staat, en het een intuïtief gebeuren wordt. Dat is zeker het geval bij een documentaire, waarbij je moet zoeken naar de juiste vragen en de juiste scènes. Bij fictie is dat ook. Dat is ook het moment waarop alles wat je hebt bedacht plotseling echt gebeurt. Filmen doe je ook met een team, terwijl het schrijven en het bedenken vaak alleen gebeurt.'

'Het moeilijkste is dan ook het maakproces. Je hebt dan wel ideeën, maar je bent nog op zoek naar de perfecte, gouden formule. Wat gaat deze film een goede film maken? Hoe kan ik het doen werken? Dat is bij elke film anders, dus je moet blijven bedenken en blijven schrijven. Dat proces is vaak ook eenzaam en lang. Maar je moet door dat proces om er te geraken.' 

Maar bij deze documentaire was dat dan anders, omdat het niet de intentie was om een documentaire te maken van de beelden?
'Inderdaad. Ik moest ook aan de slag met de beelden die er waren. Ik had nooit bepaalde scènes gefilmd of draaidagen gehad. Dus het waren losse flarden van wat heb ik, en wat kan ik met die beelden vertellen?'

Powered by Labrador CMS